Bij longziekten, zoals astma en COPD, bestaat er een vernauwing (obstructie) van de luchtwegen. Dit kan leiden tot kortademigheid en hoesten. Het is belangrijk om de mate van obstructie te meten. Dit doen we met behulp van spirometrie.

Het onderzoek
Met spirometrie wordt de doorgankelijkheid van de luchtwegen bepaald. Bij dit onderzoek ademt u via een mondstuk, dat is verbonden met het longfunctieapparaat. Op uw neus krijgt u een klem, die voorkomt dat u via uw neus ademt.

U wordt gevraagd een aantal oefeningen te doen, zoals een aantal keren zo ver mogelijk uit- en inademen en een aantal keren zo diep mogelijk inademen en zo hard en ver mogelijk uitademen. Tijdens het onderzoek vertelt de longfunctieanalist u stap voor stap wat er gaat gebeuren en wat hij/zij van u verwacht. Het onderzoek duurt ongeveer 15 minuten.

Voorbereiding op het onderzoek

  • U mag gewoon eten en drinken vóór het onderzoek.
  • Het is belangrijk dat u rustig en ontspannen aan het onderzoek begint. Komt u daarom op tijd, zodat u even kunt bijkomen in de wachtruimte.
  • 4 uur voor de test mag u geen alcohol gebruiken.
  • 2 uur voor de test mag u geen zware maaltijd eten.
  • 1 uur voor de test mag u niet roken.
  • 30 minuten voor de test mag u geen zware lichamelijke inspanning doen.
  • Draag geen knellende kleding.
  • Een longfunctieonderzoek is niet pijnlijk, maar wordt soms wel als belastend ervaren. Als u ergens tegen opziet, tijdens het onderzoek pijn of ongemak ervaart of vragen heeft, dan kunt u dit aangeven bij de longfunctieanalist die het onderzoek bij u uitvoert. De longfunctieanalist zal u tijdens het onderzoek zo goed mogelijk coachen om eruit te halen wat voor u maximaal haalbaar is.
  • U mag eventuele medicatie voor uw longen en andere medicatie gewoon blijven gebruiken.

Wanneer krijgt u géén longfunctieonderzoek?
Er zijn bepaalde situaties waarin het verstandiger is om een longfunctieonderzoek niet te laten plaatsvinden. Deze situaties worden contra-indicaties genoemd. Dit zijn:

  • Als u op die dag een bronchoscopie heeft ondergaan.
  • Binnen 5 dagen na een operatie.
  • Binnen 7 dagen na een staaroperatie.
  • Binnen 14 dagen nadat een klaplong is behandeld.
  • Bij een longembolie (hierbij sluit een bloedstolsel een bloedvat in de longen af).
  • Bij coronaire ischemie (dit is een hartziekte door verminderde doorbloeding van het hart).
  • Bij een recent hersen- of hartinfarct.
  • Bij een aneurysma (dit is een plaatselijke verwijding in een deel van het vaatstelsel).

Begeleider/kinderen meenemen
Wanneer u dit prettig vindt, kunt u iemand meenemen naar het ziekenhuis. Deze persoon mag niet aanwezig zijn bij het onderzoek, maar kan wachten in de wachtruimte. Ook kinderen mogen niet bij het onderzoek aanwezig zijn. Wij adviseren u om kinderen thuis te laten, tenzij u begeleiding heeft.

De uitslag
De uitslag van het onderzoek hoort u van de specialist. U krijgt een afspraak voor dit gesprek. De specialist bespreekt ook het vervolg met u.

Waar meldt u zich?
De afdeling Longfunctie bevindt zich bij de polikliniek Longziekten (B25). U kunt zich melden bij de receptie van de polikliniek Longziekten.

Contact
Heeft u nog vragen of wilt u graag specifiekere informatie? Neemt u dan contact op met de polikliniek Longziekten via telefoonnummer 020 – 755 7031.

Specialismen & afdelingen