Beademen is het tijdelijk overnemen of ondersteunen van de ademhaling. Dit gebeurt met behulp van een beademingsmachine, die u zuurstof en lucht geeft. Deze machine staat, vanaf het voeteneinde gezien, aan de linkerkant van het bed.

De beademingsmachine is via een slangensysteem met u verbonden. Hiervoor krijgt u een buisje, ook wel tube. Dit noemen wij een intubatie. Bij de intubatie brengt de arts de tube in. De tube gaat via de mond door de keel en eindigt in uw luchtpijp. Iedere in- en uitademing gaat via de tube van en naar de beademingsmachine. Zo kan de ademhaling worden ondersteund en indien nodig geheel worden overgenomen. U wordt dus beademd.

Deze situatie kan voor u een vervelende en stressvolle ervaring zijn. Om u niet alles bewust te laten meemaken, worden meestal slaap- en pijnmedicatie toegediend. U ontwaakt als de slaapmedicatie wordt gestopt. Er is dus géén sprake van een coma.

De slaapmedicatie wordt meestal gestopt als u aan de beterende hand bent en moet afwennen van de beademing. Hierbij wordt de beademingsmachine zo ingesteld dat u steeds minder ondersteuning van de machine krijgt totdat u weer helemaal zelfstandig kunt ademhalen. Het is moeilijk te zeggen hoelang het afwennen van de beademing duurt. Dit heeft met vele factoren te maken. Desgewenst kan de intensivecare-verpleegkundige (ic-verpleegkundige) u hierover meer vertellen.

Bezoekers moeten ervan uitgaan dat de patiënt die slaapmedicatie krijgt nog wel kan horen en waarnemen. De ic-verpleegkundige praat dan ook gewoon tegen de patiënten die deze slaapmiddelen toegediend krijgen. Al vinden familie en vrienden het misschien raar, zij kunnen de patiënt gewoon dingen vertellen, een kus geven en aanraken. Niemand van de verpleging zal dit vreemd vinden.

Soms zal de beademingsmachine piepen of alarmeren. De ic-verpleegkundige weet precies hoe te handelen in een dergelijke situatie. Bedenk ook dat niet alle alarmsignalen die u hoort, levensbedreigend zijn.

Voor wie is beademing nodig?
Beademing is noodzakelijk als u zelf niet in staat bent voldoende te ademen. Dit kan bijvoorbeeld als u een operatie heeft gehad en nog gedeeltelijk onder narcose bent. Vaak is de beademing al niet meer nodig als de narcose is uitgewerkt en dan kan deze gestopt worden. In andere situaties kan het nodig zijn om u bij uw ziekte langere tijd te ondersteunen bij de ademhaling, dus om u voor langere tijd te beademen.

Gevolgen van de beademing

  • U kunt niet praten. Dit komt doordat de tube voorbij de stembanden zit. Dit is een tijdelijke situatie. Zodra de tube is verwijderd, kunt u weer gewoon praten. De stem kan de eerste uren nog wel wat hees zijn.
  • U kunt niet eten of drinken. De beademingsbuis verstoort namelijk het slikmechanisme, waardoor u niet goed kunt slikken. Daarom krijgt u vloeibare voeding via een infuus of maagsonde.
  • U kunt het slijm moeilijker ophoesten als u aan de beademing ligt. De ic-verpleegkundige zuigt het aanwezige slijm weg uit de longen. Het kan voorkomen dat het bezoek wordt verzocht om tijdens deze handeling in de familiekamer te wachten.

Wat kunt u als bezoek doen?
Doordat de patiënt niet kan praten, is het lastig om te communiceren. U kunt het volgende doen om de communicatie te vergemakkelijken:

  • Stel gesloten vragen. Dit zijn vragen die met ‘ja’ of ‘nee’ beantwoord kunnen worden.
  • Laat de patiënt zijn/haar vraag of opmerking opschrijven.
  • Laat de patiënt letters aanwijzen op een letterbord. Maak gebruik van steekwoorden.

Verder kan het bezoek afleiding bieden door te praten over dagelijkse dingen uit uw buurt, dorp of stad. Ook lievelingsmuziek op een mp3-speler, foto’s van dierbaren en dergelijke zijn voor de patiënt een welkome afleiding.

Vragen?
Heeft u nog vragen, dan kunt u altijd terecht bij de arts of bij de ic-verpleegkundige die de patiënt verzorgt.

Specialismen & afdelingen