Een blaaskatheter wordt ingebracht door een arts of verpleegkundige om de urine te laten weglopen. De katheter is een flexibele, holle slang en gaat door de plasbuis naar de blaas. Doordat er een ballonnetje aan de punt van de katheter wordt opgeblazen, blijft de katheter zitten.

De katheter kan tussen de 8 en 12 weken blijven zitten. Wanneer de katheter er langer in moet blijven, wordt deze gewisseld en krijgt u een nieuwe katheter.

Het wisselen van de katheter kan gebeuren door de:

  • Verpleegkundige van de polikliniek urologie
  • Huisarts
  • Verpleegkundige van de thuiszorg / wijkverpleegkundige
  • Verpleegkundige van de instelling waar u woont of tijdelijk verblijft

Urinezak of kraantje
Aan de katheter kan een opvangzak of kraantje gekoppeld worden. Een opvangzak zorgt ervoor dat de urine continu kan aflopen en moet altijd lager hangen dan uw blaas voor een goede afloop. Een kraantje laat de urine aflopen bij aandrang of op vaste tijden. De verpleegkundige bespreekt met u wat voor u geschikt is.

Dagzak (beenzak)
Deze kunt u overdag, onder de kleding, dragen en wordt met 2 beenbanden op uw bovenbeen bevestigd. De dagzak wordt geleegd door het kraantje aan de onderkant open te zetten. 1x per week wisselt u de dagzak voor een nieuwe dagzak

Nachtzak
Deze gebruikt u voor de nacht. Hierin kan meer urine worden opgevangen en heeft een langere slang dan de dagzak.

De nachtzak wordt aan de dagzak gekoppeld en het kraantje van de dagzak wordt open gezet zodat de urine vanuit de dagzak naar de nachtzak kan lopen.
’s Ochtends koppelt u de nachtzak los, leegt u de nachtzak door het kraantje aan de onderkant open te zetten en spoelt u de nachtzak met lauwwarm water door. De nachtzak verwisseld u 1x per week voor een nieuwe nachtzak

U kunt de nachtzak aan de rand van het bed bevestigen met de bijgeleverde bedhaak. Of in bed aan het voeteneind leggen.

Kraantje
Met een kraantje aan de katheter leegt u zelf de blaas als u aandrang tot plassen heeft. Door het kraantje open te zetten loopt de urine uit u blaas. Wanneer de blaas 3 uur achter elkaar niet leeggemaakt is dan moet u de blaas leegmaken

Voor de nacht bevestigt u een nachtzak aan het kraantje en zet u het kraantje open.

Bij het wisselen van de katheter wordt ook het kraantje vervangen. Tussentijds wisselt u het kraantje zelf, na 6 weken. Vergeet u niet een nieuw kraantje mee te nemen als uw katheter gewisseld wordt.

Verzorging van de katheter
U kunt met de katheter douchen. Voor de dagelijkse verzorging is het belangrijk dat u iedere dag de penis of vagina wast met lauw water en zonder zeep. De voorhuid kan gewoon naar achteren geschoven worden. Na het wassen de eikel droog deppen en de voorhuid weer terug schuiven.

Was uw handen voor en na het legen van de opvangzak en voor en na het verwisselen van de opvangzak.

Vochtinname
Voldoende drinken is belangrijk voor een goede doorstroming van de urine. Naast de standaard koffie, thee en melk dient u 1 tot 1,5 liter extra te drinken zodat u in totaal 2 liter vocht per dag binnen krijgt.

Bewegen
Met de katheter kunt u gewoon de activiteiten voortzetten die u gewend bent. Zoals fietsen, autorijden, sporten en wandelen.

Mogelijke problemen

  • Na het inbrengen / wisselen van de katheter kunt u het gevoel hebben te moeten plassen doordat de blaas wat geïrriteerd is. Dit gevoel verdwijnt geleidelijk en is niet verontrustend.
  • Na het inbrengen / wisselen van de katheter kan er wat bloedverlies zijn, zowel langs de katheter als in de opvangzak. Hier hoeft u zich geen zorgen over te maken. Blijft u wel goed drinken.
  • Langs de katheter kan urine lekken, dit wordt meestal veroorzaakt door blaaskrampen (ontstaan door een samenspel tussen blaas en katheter). Dit is niet verontrustend maar kan wel ongemak geven.
  • Geen afloop van urine in de opvangzak. Controleer: of de opvangzak lager dan de blaas hangt, of er geen knik in de slang zit, waardoor de urine niet in de opvangzak kan lopen en of u voldoende heeft gedronken (minimaal twee liter per dag)

Wanneer contact opnemen

  • Als u aanhoudende pijn heeft
  • Als er gedurende 3-4 uur geen afloop van urine is (controleer wel of er geen knik in de slang zit, de katheterzak niet te hoog hangt en of u voldoende gedronken heeft)
  • Als u blijvende lekkage langs de katheter heeft
  • Als u bloederige urine met of zonder stolsels hebt, die niet na 3 uur lichter van kleur is geworden ondanks extra drinken
  • Bij koorts

Voorkom onnodig gebruik van antibiotica
Er zitten altijd bacteriën in de urine als u een blaaskatheter heeft. Urinecontrole heeft daarom niet veel zin. Behandeling met antibiotica heeft alleen zin bij klachten zoals koorts. Als u problemen denkt te hebben, overleg dan met de verpleegkundige.

Bestellen van materiaal
De verpleegkundige verzorgt een machtiging voor Medireva. Thuis kunt telefonisch (08000201201) of via internet (www.medireva.nl) bij MediReva een vervolgbestelling doen.

Vragen en/of problemen
Bij problemen en/of vragen kunt u op werkdagen tussen 8.30 en 16.00 uur contact opnemen met de polikliniek Urologie 020-7557038. Daarbuiten neemt u contact op met uw eigen huisarts. Buiten kantoortijden en in het weekend kunt u contact opnemen met de Huisartsenpost.

Specialismen & afdelingen